Het Chinese ministerie voor wetenschap en technologie overweegt Nederland te kiezen als het Europese bruggenhoofd voor haar wereldwijde uitbreidingsplannen. Dat ontdekte een academische delegatie uit Zuid-Holland die deze week in Peking en Shanghai twee technologische parken in China bezocht.
De Chinezen lieten in Shanghai de delegatie uitvoerig in het Zhangjiang Hi-tech park rondtoeren in de hoop dat ook Nederlandse onderzoeksprojecten zich in China zullen vestigen. De Chinese overheid is sinds kort incubatieprogramma’s financieel gaan steunen en daar kunnen zowel Chinese als buitenlandse projecten gebruik van maken.
Op het park wordt sinds twee jaren ongekend veel gebouwd. Onder andere een vijfduizend bedden tellend ziekenhuis, om onderzoek op allerlei manieren te gaan ondersteunen. Veel Chinese en internationale bedrijven hebben de afgelopen jaren R&D centra in het park geopend en een groot aantal is in aanbouw.
Het bedrijfsleven verwacht veel van wetenschappelijke publicaties uit China, die nu voor 85 procent uitsluitend in het Chinees beschikbaar zijn. “Wij hebben daarin al regelmatig voor ons bruikbare producten ontdekt”, zegt Ari van der Steenhoven, oud-China manager van DSM en adviseur van Science-Alliance. “We waren daar erg door verrast.”
China staat nu wereldwijd op de derde plaats in de ranglijst van de landen die het meest aan wetenschappelijk onderzoek uitgeven. In tien jaar tijd is dat bedrag van 0.6 procent tot 1.6 procent van het Chinese bruto nationaal product gegroeid. Gecombineerd met het grote aantal relatief goedkope onderzoekers maakt dat het land tot zowel een benijdenswaardige concurrent als een aantrekkelijke partner. “Waar wij met moeite 1,5 onderzoekers op een project kunnen zetten, kan China d’r honderd inzetten”, zei een van de delegatieleden afgunstig.
In Shanghai kreeg de delegatie een ontvangst door de gouverneur van de speciale economische zone Pudong, iets dat normaal slechts voor ministeriele bezoekers is weggelegd. Een teken dat we goed in de markt liggen, meent Frank Zwetsloot, verantwoordelijk bij Science-Alliance voor het organiseren van de delegatie. Twee van de potentiële kanshebbers, de universiteiten van Delft en Leiden waren niet in de delegatie vertegenwoordigd. Een beslissing verwacht Zwetsloot rond het najaar .