MAARSSEN – "Alle oude argumenten om over te gaan op client/server zijn achterhaald. Het is niet goedkoper, het is niet makkelijker te beheren, het is niet eenvoudiger van opzet en het is nog immer een onbewezen technologie. Client/server is een ware nachtmerrie! Maar wel de enige oplossing voor de snelle economische veranderingen van deze tijd."
Deze woorden sprak Martin Butler in zijn presentatie op een evenement dat Software AG zijn relaties vorige week aanbood. De marktanalist, oprichter en directeur van het onderzoeksbureau Butler Group, hekelt het Europese gebrek aan visie als het aankomt op veranderingen in de informatietechnologie.
"In de Verenigde Staten bestaat een duidelijke visie over de richting waarheen IT zich zou moeten ontwikkelen. In Zuidoost-Azië weten de ’tijgers’ dat nog beter. Europa daarentegen kenmerkt zich door het volledig ontbreken van visie. Het ergst is dat in Duitsland: het enige dat daar telt is kostenbesparing."
Downsizing is volgens Butler niets anders dan een elegante manier om te zeggen dat er ingekrompen moet worden. De focus op economische groei zou verloren gegaan zijn in Europa. Zelf is hij daarvan trouwens een goed voorbeeld: even verderop in zijn presentatie toont hij een dia waarop te lezen valt dat ondernemingen er goed aan doen ‘de kans tot overleven’ te maximaliseren. Niet ‘de kans op groei’, maar die op overleving.
Vier typen markten
Butler deelt de economie in vier typen markten in. Type 1 is de lineaire markt waarin budgetteren zin heeft omdat de voorspelbaarheid groot is. Volgens hem gaat het hier vooral om lokale overheden. Type 2 is de statistische markt, waarin budgetteren al minder zin heeft, maar waar met statistische methoden nog het een en ander te bereiken is. Als voorbeeld noemt hij de barbecue-industrie. "Wanneer je als barbecuefabrikant het derde zonnige weekend in het jaar gemist hebt, kun je de tent wel sluiten."
Type 3 is de chaotische markt, waarin veel communicatie bestaat tussen afnemer en leverancier. De chaos in zo’n markt maakt de inzet van neurale netwerken noodzakelijk. Type 4 is de markt van de toekomst: de real-time markt, waarop geen enkele analysemethode vat zou hebben. Een voorbeeld hiervan is de verkoop van software via Internet. De ene dag verkoopt een fabrikant niets, de volgende dag gaat zijn produkt een miljoen keer over de virtuele toonbank. "In een dergelijke markt gaat het niet om wat er gebeurt, maar hoe je er als leverancier op reageert."
In de markt van de toekomst dient dan ook alles te draaien om flexibiliteit, innovatie en respons op veranderingen. "Binnen vijf jaar is het volledig nutteloos om te plannen en te budgetteren. Als bedrijven nu nog automatiseren met het oogmerk efficiënter te gaan werken, zitten ze op het verkeerde spoor. Flexibiliteit is namelijk de tegenpool van efficiëntie. Efficiëntie is niet langer een toegevoegde waarde, service wel."
Vier functies voor IT
Butler ziet vier functies voor de informatietechnologie weggelegd. Eén is de oude rol van automatisering: "Het investeren van een half miljoen om een miljoen terug te verdienen, blijft interessant." Nummer twee is informatievoorziening, waarbij met name data warehouses een grote rol gaan spelen. De derde rol is integratie, waarbij met name grote ondernemingen zaken als het inkoopbeleid beter zullen gaan afstemmen. Niet langer per afdeling een relatie met leveranciers, maar gebruik maken van de omvang om betere voorwaarden te kunnen afdwingen. De laatste rol voor IT is die van innovator als middel om de concurrentiepositie te verbeteren. Zakendoen via Internet is zo’n innovatie, vindt Butler. "Internet is de grootste kans op nieuwe verkoop- en marketingkanalen van de afgelopen eeuw."
"Al deze eisen zijn in te willigen met de architectuur die bekend staat als client/server", zo meent Butler. Daarbij dienen wel de nodige kanttekeningen gemaakt te worden bij de wijze waarop client/server momenteel toegepast wordt. "Client/server is in essentie niets anders dan het scheiden van de zakelijke toepassing van de technische infrastructuur."
Op dit moment bouwen bedrijven echter aan de legacy-systemen van morgen. Opnieuw worden de fouten gemaakt, waarmee organisaties ook twintig jaar geleden al uit de bocht vlogen. Wat niet moet, somt Butler in een paar punten op: geen stored procedures opslaan in de database, geen verbindingen vanuit de applicatie naar het besturingssysteem en geen applicatielogica schrijven in een lage programmeertaal. "Doe je dit wel, dan zit je toch weer vast aan de leverancier en kun je niet flexibel inspelen op veranderingen."
Het MVS van de toekomst
"Op dit moment bouwen bedrijven op basis van Windows NT applicaties die in de toekomst problemen zullen geven vanwege de te vergaande integratie met dit besturingssysteem."
"Vaak is het argument dan dat NT een veilige keuze is. Maar kijk eens naar de opkomst van een nieuwe technologie als Java. Met de Virtual Machine zijn Java-applicaties op ieder platform te draaien, van Windows tot MVS. Microsoft is niet voor niets als de dood voor deze ontwikkeling. Laten we leren van dergelijke veranderingen en ons niet vastpinnen op één besturingssysteem", betoogt Butler.
De opkomst van Internet en Java vertegenwoordigt niets anders dan de volgende stap in het downsizing-traject. "Net zoals het mainframe en de minicomputer te groot werden en vervangen zijn door de PC, vervangen applets in talen als Java de enorme applicaties van Microsoft en anderen. Wie gebruikt er nu alle 2000 functies die Excel rijk is? De gebruiker haalt liever een applet over om die taak uit te voeren, waaraan hij behoefte heeft." MU