Een van de wezenskenmerken van cloud computing is standaardisatie. Staat dat de bewegingsvrijheid van de gebruiker niet in de weg?
Er zijn de afgelopen jaren veel discussies geweest over de aard van cloud. Om echt cloud te mogen heten, moet een dienst voldoen aan een aantal kenmerken. Volgens de meeste experts zijn dat self-service, makkelijk schaalbaar, pay-per-use, on-demand, meetbaar, onmiddellijke provisioning, geautomatiseerde bedrijfsprocessen, gedeelde resources. Standaardisatie van de dienst hoort daar ook bij. Dat houdt in dat de cloud service voor iedereen gelijk is. De provider kan wel tegen meerkosten additionele functionaliteit ‘aanzetten’, maar ook die is gelijk voor alle gebruikers die daar voor willen betalen.
Voor standaard bedrijven met standaard processen kan dit een uitkomst zijn. Maar welk bedrijf is nou standaard? Met name organisaties met een complex applicatielandschap zijn niet geholpen met een one-size-fits all aanpak. Legacy applicaties laten zich immers niet zonder meer naar de cloud overzetten, als dat al kan.
Met name op het snijvlak van oud en nieuw, van legacy en cloud is vaak maatwerk nodig. Het gaat dan bijvoorbeeld om bedrijfskritische toepassingen die ‘on the fly’ naar de cloud moeten worden overgebracht, of om cloud services die ingepast moeten worden in een complexe it-omgeving. De ervaring is dat niet iedere clouddienstverlener in staat of bereid is om dat snel en adequaat te realiseren. Ik zeg hier ‘bereid’ omdat met name de grote cloud providers dat gewoonweg niet in hun servicepakket hebben; het past niet in hun volledig gestandaardiseerde cloud concept.
In feite wringt het tussen de klant aan de ene kant, die ‘customer intimacy’ zoekt voor zijn bedrijfskritische it en de cloud provider aan de andere kant, die juist gericht is op ‘operational excellence’ in zijn dienstverlening en bedrijfsprocessen.
Hoe kom je als gebruiker uit dit dilemma? In feite zijn er twee routes: kies een goede partner die helpt de migratie naar en de integratie met de cloud te realiseren. Dit kan een tijdsintensief proces zijn dat hoogwaardige (lees: dure) expertise vraagt. Vergeet vooral niet deze kosten mee te nemen bij het uitwerken van de business case naar cloud. Als kostenbesparing het motief is om naar de cloud te gaan, kunnen de migratie/integratiekosten het plaatje aardig doen veranderen. ‘Van een koude kermis thuiskomen’, heet dat in goed Nederlands.
De andere route is een provider kiezen die op basis van zijn standaardpropositie zelf services op maat verleent voor de migratie en de integratie. Hoe kom je daar achter? Vraag naar referenties en check de omvang van de afdeling ‘consultancy’. Een goed teken is als er een dedicated accountmanager (tegenwoordig vaak ‘customer success officer’ genoemd) is opgenomen in de propositie. Of een soortgelijke functionaris die verantwoordelijk is voor het slagen van het cloud avontuur. Dan is het wel belangrijk dat deze dezelfde taal spreekt en een beetje in de buurt zit. Er is een grens aan de effectiviteit van conference calls en het voor even invliegen van specialisten.
Kortom, staar je niet blind op de cloud services alleen, maar bedenk goed hoe de weg erheen eruit gaat zien. Immers: standaard is een illusie.
Jammer, door te hoog over te blijven vliegen kan ik weinig waarde uit dit artikel trekken.
Waar heb je het nu over? IaaS? SaaS? Customer Support?
En waarom zou je naar de cloud moeten?
Ik gooi het halverwege al over mijn schouder om dat de initiële gedachten achter cloud totaal iets anders is als men nu gezamenlijk heel commercieel hijgt.