In 1921 richtte de Egyptische Laurens-sigarettenfabriek een vestiging in Den Haag op. Het bedrijf rolde er voor de Nederlandse roker de eerste filtersigaret (1932, Filtra) en de eerste Amerikaanse sigaret (1937, Buffalo).
Vlak na de oorlog kwam de succesvolle Caballero: het merk met de volkse uitstraling waarvan er 25 in één pakje konden. Met het verdiende Caballero-geld liet Laurens in 1953 een nieuwe fabriek neerzetten op het terrein De Binckhorst. Later kwam de fabriek in handen van de British American Tobacco (BAT), dat de productie in 1995 verhuisde naar Zevenaar.
De gemeente Den Haag kocht twee jaar geleden de fabriek als onderdeel van het plan om het industrieterrein De Binckhorst geheel nieuw in te richten (een combinatie van kantoor- en woongelegenheden). De oude Caballero-fabriek moet een bedrijvenverzamelgebouw worden om de ict-bedrijvigheid te stimuleren: een opmerkelijk anti-cyclisch streven. De Haagse gemeente is hiervoor in zee gegaan met het Bvit innovatienetwerk. Dat verhuurt volledig ingerichte werkplekken aan startende of meer ervaren ict-ondernemers met additionele diensten als receptie, boekhouding, coaching en financiering. De netwerkgedachte – ondernemers maken gebruik van gemeenschappelijke faciliteiten en kunnen elkaar helpen – staat hierbij centraal.
De voormalige Cabellero-fabriek heeft een oppervlakte van zo’n 30.000 m2. Daarvan is 700 m2 geschikt als kantoorpand. De bestemming van het resterende deel, bestaande uit loodsen en hallen, is nog onbekend. Op dit moment bevinden zich er vijf ict-firma’s. Bvit denkt eind 2003 dertig jonge ondernemers binnengelokt te hebben.