Het Nationaal Schengen Informatie Systeem (Nsis) functioneert niet zoals het moet. Het geautomatiseerd opsporingsregister dat politie en justitie permanent inzicht moet verschaffen in de internationale opsporingsinformatie van partners in het Schengenakkoord vertoont gebreken op het gebied van functionaliteit, beheer en beveiliging.
Ook het gebruik dat ervan wordt gemaakt moet verbetert. Dat schrijft de Algemene Rekenkamer in een recentelijk gepubliceerd rapport.
Nsis bevat signaleringen van personen en goederen. In Nederland beheert de CRI het Nsis. De invoer vindt grotendeels plaats door de politieregio’s en de Immigratie- en Naturalisatiedienst. Daarnaast zijn de Marechaussee, de Douane en de ministeries van Justitie, Binnenlandse Zaken en Buitenlandse Zaken aangesloten. Hierop zijn de belangrijkste kritiekpunten van de Rekenkamer terug te voeren. Zo zijn maar liefst vijfhonderd personen bevoegd mutaties aan te brengen en kunnen 7000 mensen het systeem met gevoelige persoons- en goederen-informatie raadplegen. Daarbij wordt veel gebruik gemaakt van gemeenschappelijke toegangscodes en stuitte de Rekenkamer bij de Marechaussee op onbeheerde terminals die nog stonden ingelogd.