De Amerikaanse handelscommissie onderzoekt de overeenkomst tussen Intel en Digital Equipment Corporation voor de verkoop van de Alpha-processor van de laatstgenoemde.
De commissie zegt ‘serieuze anti-trust-problemen’ te hebben met de overeenkomst, die de twee bedrijven in oktober sloten als compromis voor een patent-aanklacht van Dec tegen Intel.
Volgens de in oktober overeengekomen oplossing fabriceert Intel de Alpha-chip van Dec voor de komende zeven jaar onder licentie in Decs productiefaciliteit in Hudson (Verenigde Staten). Na die periode heeft de chipgigant de optie om de fabriek te gebruiken voor de productie van alleen Intel-chips. De handelscommissie meent dat deze overeenkomst sterk nadelig is voor de concurrentie van Intels Pentium-chip.
Daarnaast overweegt de overheidsinstantie om de Pentium-fabrikant te beperken in diens pogingen om ook andere markten dan de microprocessor-industrie te domineren. Verwacht wordt dat het nu lopende onderzoek naar Intel en de overeenkomst met Digital niet voor eind dit jaar wordt afgerond.