Het Coornhert Lyceum is een van de grootste scholen die aangesloten is bij Do.IT. Computable ging op stap met Lindo Kwartsz, onsite-beheerder bij het Coornhert Lyceum.
Lindo Kwartsz is onsite-beheerder op zeven middelbare scholen die aangesloten zijn bij Do.IT. Op donderdag bezoekt hij het Coornhert Lyceum, een school voor vmbo-t, havo en vwo in Haarlem met 1600 leerlingen. Op het lyceum is er een probleem met de acht computerzuilen, waar leerlingen de site van de school kunnen bekijken. Het probleem heeft te maken met de laptops, die aangesloten zijn op het scherm in de zuil en gesloten in de zuil zitten. Met het sluiten van de laptops valt ook het scherm uit. Kwartsz heeft met de software geen oplossing kunnen vinden. Hij lost het probleem daarom drastischer op; met een tangetje knipt hij de lidswitch af.
Kwartsz heeft niet veel contact met docenten en leerlingen, vertelt hij, meestal praat hij met de ict-coördinator. “Docenten komen soms om hulp vragen. Als het niet te lang duurt help ik, anders laat ik ze de helpdesk bellen. De één heeft daar meer begrip voor dan de ander”, zegt hij. Paul Golhof, ict-coördinator op het Coornhert Lyceum is positief over de contacten met Do.IT. “Er worden soms beslissingen genomen die in de praktijk niet goed uitvallen en die dan worden teruggedraaid. Maar de mensen werken er allemaal heel hard. Over het algemeen is mijn oordeel positief”, zegt hij.
Communicatie
Golhof snapt wel dat docenten niet altijd evenveel begrip hebben. “Ik heb veel contact met Do.IT en zie dat het organisatorisch beter loopt dan in het begin. Maar de docenten zitten er ver vanaf en zien dat niet altijd.” Hij denkt dat de communicatie zowel vanuit Do.IT als vanuit de school af en toe beter kan. “Eigenlijk zou het zo moeten zijn dat docenten bijvoorbeeld programma’s twee dagen kunnen testen en dan aangeven of ze het wel of niet willen gebruiken. Maar dat is lastig als docenten ziek zijn of niet de tijd hebben om te kijken. Dan sukkelt het een lange tijd verder, voordat de feedback bij Do.IT komt.”
“Eigenlijk liepen we al voorop vergeleken bij de andere scholen”, gaat Golhof verder. De school had voor september al een goed netwerk en een goede ict-infrastructuur. “Maar als we het vergelijken met toen we nog zelf systeembeheerders in huis hadden, dan is het beter geworden”, zegt Golhof. Er kan meer omdat de organisatie erachter groter en het netwerk stabieler is. Docenten hebben af en toe minder begrip. “Soms hoor je wel: ‘was het maar weer zoals vroeger’. Maar als ik uitleg dat we toen wel meer storingen hadden, dan begrijpen mensen het wel.” Golhof denkt dat het lyceum klaar is voor de volgende stap. “Maar dan moet het wel goed lopen. Als je als leraar een les hebt met 25 leerlingen en het systeem doet het niet, dan is dat knap lastig improviseren.”
De tocht met Kwartsz gaat verder naar een van de ict-lokalen. In dit lokaal staan zestig computers. Op een van de computers is Windows Vista geïnstalleerd. Ict-docent Frans Jan Ferrari is een kritische gebruiker, maar tevreden over de ict op zijn school. “Ik heb bijna iedere dag contact met de helpdesk en dat gaat goed. Negen van de tien keer word ik goed geholpen”, zegt Ferrari. Hij vindt het vooral een verbetering dat leerlingen en ouders online in Magister, het programma waar de cijfers in staan, kunnen. Ook positief is dat leerlingen via internet methodegebonden software kunnen gebruiken. Minder vindt hij het dat de onsite-beheerder maar één keer per week de school bezoekt. Kwartsz: Maar ik probeer zoveel mogelijk ook tussendoor langs te komen. Met maar drie onsite-beheerders moeten we 36 scholen bezoeken”.
Coornhert Lyceum
Op het Coornhert Lyceum in Haarlem zitten 1600 leerlingen van het vmbo-t, de havo en het vwo. Het lyceum is een van de scholen waar ict een belangrijke rol speelt. Momenteel vindt in een van de lokalen in het Coornhert een proef met Vista plaats.
Do.IT ondersteunt 13.000 leerlingen en 1500 tot 2000 mensen personeel. In totaal zijn er 34 locaties.