Via Share People kunnen professionals naar het buitenland om daar door ontwikkelingssamenwerking te werken aan hun managementvaardigheden. “Het is leerzamer dan een managementcursus van een week”.
Toen we er net waren, wilden we de hele wereld beter maken. Want vanuit een westers oogpunt valt er zoveel te veranderen”, vertelt consultant Kar Leon Cheng. Via zijn werkgever Accenture vertrok hij voor twee weken naar de Filippijnen. Hij onderzocht hoe de lokale suikerboeren in Batangas meer inkomen konden genereren. Via Accenture vertrokken twee werknemers naar de Filippijnen; ook consultant Marielle van der Velde ging mee. Haar doel was om in Manila een fairtrade winkel op te zetten.
Via Share People vertrokken in november 10 personen naar de Filippijnen, voor een zogenaamde Group Exchange (groepsreis). Zij werkten in groepjes van ongeveer drie personen in verschillende projecten. In 2006 organiseerde de organisatie vier van dergelijke reizen. Dit jaar moeten dat er vijf worden. Daarnaast worden er ook individuele reizen georganiseerd. Dat aantal ligt aan de vraag vanuit de ontwikkelingslanden. Share People bestaat sinds 2002 en werkt sinds mei van dit jaar onder de nieuwe naam Share People. De organisatie is een partnerschip tussen De Baak, ICCO en Jong Management VNO NCW. Werknemers die via Share People naar een land vertrekken, werken daar aan kleine ontwikkelingsprojecten, maar dat is niet het enige doel. “Deelnemers moeten ook leerdoelen formuleren. Daar moeten ze tijdens de projecten ook aan werken”, zegt directeur Cosmas Blaauw van Share People. Niet iedereen kan mee deelnemen, er zijn wel eisen. Deelnemers moeten een aantal jaren werkervaring hebben, hbo of hoger geschoold zijn en worden ook gescreend of ze sterk genoeg in hun schoenen staan.
Geen putje scheppen
Cheng wilde al langer iets aan ontwikkelingshulp doen. “Maar putjes scheppen wilde ik niet. Ik wilde zelf echt toegevoegde waarde hebben”. Ook Van der Velde wilde zich al langer opgeven voor de projecten van Share People die in haar mailbox voorbij kwamen. “Maar deze keer lukte het ook heel goed. Eerder lukte het niet door de projecten die in Nederland liepen”. Het probleem dat Van der Velde aanspreekt is een bekend probleem bij Share People. De groepsreizen worden daarom kort van tevoren intensief voorbereid en duren ook relatief kort, namelijk twee weken. Blaauw werkte eerste alleen met individuele reizen, die relatief langer duren, en was sceptisch over de korte duur van het project. “Maar je ziet toch wel een heel groot effect. De bedoeling is dat ze een zwengel geven. Later proberen we mensen opnieuw naar het project te sturen die er mee verder kunnen”.
Deelnemers die via Share People naar een ontwikkelingsland vertrekken, worden door middel van bijeenkomsten voorbereid. Tijdens deze bijeenkomsten wordt er meer over het land verteld en krijgen de deelnemers de opdrachten te horen. Op deze opdrachten kunnen ze zich inschrijven met een motivatie. Uiteindelijk hebben ze in Nederland nog twee tot drie weken om zich op de reis voor te bereiden. “Maar dat is genoeg”, zegt Van der Velde. Op Manila, de hoofdstad, kregen de deelnemers nog twee dagen rondleidingen door de stad. Ze bezoeken onder andere een sloppenwijk. “Het is wel onderdeel van het programma om de onderkant van de samenleving te laten zien”, zegt Blaauw. “Je weet dan waar de drive van de mensen vandaan komt”, zegt Van der Velde.
Vraag achter vraag
Het project bij Cheng verliep vrij voortvarend. “Al wilden de mensen wel dat we de hele suikerfabriek opzetten. We hebben ze wel een paar keer duidelijk moeten maken dat dat niet mogelijk is in twee weken”. Van der Velde kreeg samen met haar partner maar moeilijk een vinger achter het concrete doel van het project. “De doelstelling leek vrij concreet: zet een fairtrade-winkel op. Wij waren niet overtuigd van de redenen waarom. Ze dachten bijvoorbeeld helemaal niet vanuit de klant. Uiteindelijk hebben we een presentatie opgeleverd die gaat over marktdenken. We moesten echt op zoek naar de vraag achter de vraag”. Iets wat Van der Velde vanuit Nederland wel al bekend voorkwam. “Ook voor ons dagelijkse werk moeten we vaak achterhalen wat de werkelijke vraag is die we moeten beantwoorden”.
Van der Velde en Cheng houden contact met de mensen in de Filippijnen. “Wij hopen als een soort van katalysator te fungeren voor het project”, zegt Van der Velde. Beiden kijken tevreden terug op de reis. De leerdoelen die ze opschreven vinden ze behaald. En verder leerde besefte Cheng dat hij meer kon dan dat hij van zichzelf wist. Zo maakte hij een bedrijfsplan, terwijl hij dat nog nooit eerder gedaan had. Van der Velde leerde dat je hoe dan ook kunt samenwerken ondanks de verschillen in cultuur en achtergrond die er zijn. “Het heeft vooral te maken met de wil die er is. Ik verbaasde me vooral over de enorme drive die de mensen hebben. Dat geeft zoveel energie”.
Enthousiast?
Share People gaat van 14 tot en met 28 april met een groep deelnemers naar Kenia. De informatiebijeenkomsten daarvoor zijn op 24 januari en 6 februari. Aanmelden via sharepeople.nl.
Een goed initiatief. Eerlijke handel is een manier waarop Fillppijnense boeren een eigen inkomen kunnen genereren en zichzelf uit hun armoede kunnen werken. Naast hulp bij het opzetten van dit soort fabrieken is het ook belangrijk dat consumenten in bijvoorbeeld Nederland letten op het fair trade/max havelaar keurmerk als ze producten kopen. Veel supermarkten en de wereldwinkels verkopen producten met zo’n keurmerk zoals chocola, thee, rijst, wijn, vruchtensappen, bananen, sinaasappels, hazelnootpasta etc.