Het vertrouwen van de burgers in Internet groeit als de ‘digitale rechten’ zijn verankerd in de Grondwet. Om deze reden wil de Fenit zo snel mogelijk een wijziging van de nationale constitutie.
De Federatie van Nederlandse ondernemingen in de Informatietechnologie (Fenit) reageert met dit standpunt op het rapport van de Commissie Grondrechten, dat onlangs is uitgebracht. De organisatie onderschrijft de poging van de commissie om digitale burgerrechten in de Grondwet vast te leggen. Het voorstel is artikel 13 zodanig te wijzigen dat ‘alle burgers het recht hebben vertrouwelijk te communiceren’. De vrees van mensen die deze omschrijving te vaag vinden, betitelt de Fenit als ‘juridische koudwatervrees’.
"Een dergelijk grondrecht levert op deze wijze de nodige bescherming tegen het ongeautoriseerd aftappen van email-verkeer door overheid en justitie", motiveert de Fenit de opmerking dat aanpassing van de constitutie Internet-gebruik bevordert.
De regering moet op korte termijn met een voorstel komen, omdat een grondwetswijziging twee keer door het parlement moet worden behandeld. Een keer voor en een keer na nieuwe verkiezingen.
De belangenorganisatie is thans druk bezig deze mening te ventileren naar elke parlementariër die er oren naar heeft. Mocht dit lobbywerk niet het gewenste resultaat hebben, zo zegt een woordvoerder, dan gaat een brief naar de minister met het verzoek de constitutie aan te passen.