De Nasdaq heeft na een grillige beursdag de schade beperkt weten te houden. De Nasdaq Composite Index duikelde vlak na de opening met 6 procent naar 3172,65 punten, de laagste stand sinds november. Bij het beursslot wist de schermenbeurs zich te herstellen tot 3364,26 punten, een gering verlies van 3364,26 punten.
De belangrijkste reden voor het instabiele koersverloop is de zorg van beleggers voor verdere renteverhogingen van de FED, die de oververhitte Amerikaanse economie moeten afremmen. Bovendien vinden analisten dat de technologie-aandelen overgewaardeerd zijn.
Het toonaangevende aandeel Cisco liep gedurende de beursdag forse klappen op, maar wist zich uiteindelijk te herstellen. Cisco verloor aanvankelijk 6 procent, maar sloot de dag af op 55,25 dollar, een kleine winst van 1,75 dollar. De grootste producent van computernetwerken heeft deze maand 25 procent van zijn waarde moeten inleveren. Beleggers zijn van mening dat de eerdere koersstijgingen niet meer in verhouding staan tot de winststijgingen van Cisco. Een maand gelden werd voor Cisco nog bijna tweehonderd keer de verwachte winst betaald. Nu is dat nog maar 94 keer de winst.
Ook Intel, een ander gerenommeerd fonds op de Nasdaq, zag zijn koers gedurende de beursdag fors kelderen. In de ochtend maakte de chipproducent nog een verlies van 5,5 procent, waarna hij de beursdag afsloot op 118,30 dollar, een winstje van 0,5 dollar.
De kans is groot dat het grillige koersverloop op de Nasdaq nog niet ten einde is. Het ziet ernaar uit dat het Amerikaanse stelsel van centrale banken alweer op een nieuwe renteverhoging broedt, om de inflatie in toom te houden. De hogere rente heeft als gevolg dat de economische groei wordt afgeremd. Dat heeft weer een negatief effect op de winstgroei van de bedrijven.