UTRECHT – De kwaliteit van de informatica-opleidingen op de Nederlandse universiteiten is in het algemeen goed tot zeer goed. Een zorgelijke trend is evenwel de daling van het aantal inschrijvingen voor het universitaire informatica-onderwijs. Het invoeren van informatica als een verplicht zelfstandig vak in het voortgezet onderwijs zou een positief effect op de instroom kunnen hebben.
Tot deze conclusies komt de visitatiecommissie Informatica die in opdracht van de Vsnu (Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten) negentien opleidingen aan tien wetenschappelijke instellingen onder de loep heeft genomen.
Andere opzet
Volgens de visitatiecommissie die onder leiding stond van professor A. van Ollongren, zijn de opleidingen ‘bij de tijd’ en spelen in het algemeen goed in op de ontwikkelingen in het vakgebied. Omdat in de loop van de jaren veel verschillende soorten IT-studies zijn ontstaan, pleit de commissie voor een andere opzet. Een bredere basis zou kunnen worden gevolgd door specialisatie-richtingen in een latere fase van de studie. De volwassenheid van IT als discipline rechtvaardigt een dergelijke studie-opzet. De commissie waarschuwt de universiteiten tegen de verleiding om nieuwe opleidingen te creëren voor bijvoorbeeld telematica en multimedia.
Ir- en drs-opleidingen
De technische universiteiten verzorgen sinds september 1995 een vijf-jarige ingenieurs-opleiding in de IT, terwijl de overige universiteiten in vier jaar tot een drs-titel opleiden. Het beroepsperspectief is evenwel niet wezenlijk anders. De commissie stelt daarom voor om ofwel de drs- en ir-opleidingen sterker van elkaar te profileren ofwel de cursusduur gelijk te trekken. Daarnaast meent de visitatiecommissie dat in de basis van alle IT-opleidingen meer aandacht gewenst is voor de onderwerpen gegevens- en kennisbanken, architectuur en ontwikkeling van informatiesystemen en mens-computer-interactie.
Niet ontevreden
Over het programmeeronderwijs is de commissie niet ontevreden: er wordt veel aandacht aan besteed. De studenten komen echter niet bij alle opleidingen in aanraking met belangrijke paradigma’s: imperatief, functioneel, object-georiënteerd en logisch programmeren. Er is voldoende aandacht voor onderwerpen op macro-niveau zoals informatica en samenleving. Dat ligt echter anders voor elementen uit vakgebieden als organisatiekunde en bedrijfseconomie. Ook wordt naar het oordeel van de commissie onvoldoende geprobeerd om vaardigheden en inzichten uit verschillende deelgebieden van de informatica te integreren, terwijl bij sommige opleidingen meer aandacht nodig is voor de communicatieve vaardigheden van studenten.
Zorgen over terugloop
De visitatiecommissie maakt zich zorgen over de sterk teruglopende belangstelling voor het universitaire IT-onderwijs. Waren er in 1990 nog 818 eerstejaars, in 1994 was dit aantal teruggelopen tot 448. Door deze trend dreigen universiteiten niet te kunnen voldoen aan de stijgende vraag op de arbeidsmarkt naar wetenschappelijk opgeleide informatici. Universiteiten moeten samen met het bedrijfsleven en hogescholen zoeken naar een oplossing voor het tekort aan informatici. Daarnaast pleit de commissie ervoor informatica als verplicht vak op te nemen in het lesprogramma bij het voortgezet onderwijs. De betrokkenheid van de universitaire informatica-wereld bij de totstandkoming van dat vak, acht zij onontbeerlijk.
Meer samenwerking
Ten slotte roept de visitatiecommissie de universitaire IT-opleidingen op tot meer samenwerking. Ondermeer op het gebied van studentenwerving, ontwikkeling van nieuw onderwijs, uitwisseling van onderwijsmateriaal en docenten, en tot een meer en beter gebruik van de mogelijkheden van Internet. CZ