Intel investeert opnieuw in geheugenchipproducent Elpida. Die joint venture van NEC en Hitachi krijgt nu 23 miljoen dollar. Het ontving in juni dit jaar al 100 miljoen van Intel.
Processorproducent Intel krijgt ook voor deze investering niet-stemgerechtigde aandelen in Elpida. De nieuwste financiële bijdrage is bedoeld om de productie van ddr2-geheugenchips (double data rate) te versnellen. Die volgende generatie sdram-variant moet samen met nieuwe Intel-processoren dienst gaan doen in zware werkstations en servers.
De twee chipbedrijven hebben hun geheugenplannen op elkaar afgestemd toen Intel zijn eerdere investering deed. Deze afstemming houdt concreet in dat ze samen nieuwe dram-architecturen, waaronder ddr2, ontwikkelen. Intel komt volgend jaar met processoren en chipsets (Twin Castle en Lindenhurst) die ddr2 ondersteunen voor zware computers. Elpida kondigde in mei aan Intels tests te hebben gehaald met zijn 512 Megabit ddr 2-chips die opereren op een kloksnelheid van 533 MHz.
Productie opvoeren
De geheugenchipmaker gebruikt de 23 miljoen dollar om zijn maandproductie van 300 millimeter chipplakken (wafers) op te voeren. Het bedrijf produceert nu drieduizend plakken per maand in de voormalige NEC-fabriek te Hiroshima en wil dat begin volgend jaar op zestienduizend stuks hebben.
Eerder ontving Elpida al een investering van vijftig miljoen dollar van geheugenleverancier Kingston Technology, die de chips gebruikt om geheugenbanken te vormen. Moederondernemingen NEC en Hitachi hadden al tachtig miljoen dollar ingebracht en diverse andere, onbekende bedrijven hebben in totaal 430 miljoen dollar geïnvesteerd.< BR>