De belangenorganisaties voor onafhankelijke IT’ers kunnen hun achterban maar moeilijk bereiken. Dit zegt André Gillet van IT United. "Veel zelfstandigen weten niet dat ze een probleem hebben." Computable nodigde Peter Jannesen van de Vereniging voor Onafhankelijke IT-specialisten (Vonit) en André Gillet van IT United uit en sprak over de onduidelijkheid waarmee hun achterban kampt.
Beide organisaties voeren momenteel overleg met het Landelijk Instituut Sociale Verzekeringen (Lisv), de instelling die de richtlijnen opstelt. De achterban van de belangengroeperingen is echter klein. IT United telt ongeveer vijftig leden en de Vonit komt niet verder dan tien. De doelgroep van IT United bestaat uit ongeveer negenduizend mensen, rekent Gillet voor. Die van Vonit is een stuk kleiner, want deze vereniging neemt geen zelfstandigen in het ledenbestand op die uit nood een tijdelijk contract hebben geaccepteerd.
"We hadden een grotere groei van ons ledenbestand verwacht. Veel zelfstandigen zien niet dat ze een probleem hebben. Zij weten niet hoe de verschillende regelingen in elkaar zitten, omdat deze veelal onduidelijk zijn. Verder binden zelfstandigen zich per definitie niet makkelijk aan organisaties." Ondanks hun geringe ledenaantallen, zijn beide belangenbehartigers overtuigd van hun bestaansrecht. "Anders is er niemand die het voor de zelfstandigen opneemt", zegt Gillet. "We ontvangen ook redelijk veel telefoontjes en een groot aantal zelfstandigen bezoekt onze Internetpagina", vult Jannesen aan. "Bovendien is een deel van de problemen ontstaan door gebrek aan belangenorganisaties."
Richtlijnen
Het overleg met de Lisv moet duidelijke richtlijnen opleveren. Op dit moment is het niet duidelijk wie wel en wie niet zelfstandig is. De wet kent namelijk geen regeling die duidelijk maakt wanneer er sprake is van zelfstandig ondernemerschap. Een inspecteur van het GAK voert voor ieder individu een onderzoek uit. Door het ontbreken van een richtlijn zal deze inspecteur zelf een uitspraak doen. De zelfstandige is dus overgeleverd aan zijn inzichten. Volgens Jannesen zal de inspecteur in de praktijk tijd proberen te rekken tot het Lisv een duidelijke richtlijn opstelt.
Deze toetsing door het GAK brengt grote onzekerheid met zich mee voor de zelfstandigen. Opdrachtgevers weten ook niet precies waar ze aan toe zijn en houden vaak preventief premies in op de beloning. Ook kan er een vordering achteraf op de deurmat vallen. Om aan deze onzekerheid een einde te maken, zouden de onafhankelijken een toetsing moeten vragen. Jannesen geeft hierbij aan dat het GAK binnen dertien weken een uitspraak moet doen. Als veel zelfstandigen actie ondernemen, zal deze instantie de termijn niet halen.
Tussenkomst
In september vorig jaar veranderde de situatie voor de zelfstandigen, doordat het ’tussenkomst’-artikel uit de regeling verdween. Deze bepaling gaf aan dat opdrachtgevers premies moeten afdragen als zij de zelfstandige inhuren via een bemiddelingsbureau. De premie werd uiteindelijk afgetrokken van de beloning van de onafhankelijke. "Zelfstandige automatiseerders hebben destijds nagelaten hun tanden te laten zien", zegt Jannesen. "Het merendeel heeft betaald en stapte niet naar de rechter." Nu dit artikel is verdwenen, is het niet meer vanzelfsprekend dat het bemiddelingsbureau premies afdraagt en voert het GAK individuele onderzoeken uit die de zelfstandigheid van automatiseerders moeten vaststellen.
Vonit en IT United pleiten nu voor meer duidelijkheid en hopen dit te bereiken door richtlijnen vast te stellen met het Lisv. Het overleg is in september gestart. "De gesprekken verlopen positief", zegt André Gillet van IT United. "Op 25 januari komen we weer bijeen. Op hoofdlijnen zullen we binnenkort wel een akkoord bereiken. Het invullen van de details kost meer tijd." Hij geeft aan dat de uitkomst een direct toetsbare richtlijn zal opleveren. "Wie binnen de richtlijn valt is zelfstandig en niet premieplichtig. Wie er buiten valt, moet apart getoetst worden door het GAK."
Jannesen zegt dat het Lisv veel wantrouwen moet wegnemen. "Zelfstandigen zouden daarom niet achteraf opnieuw met claims geconfronteerd moeten worden."
Eigenheimers
Ondanks alle onzekerheden die er aan het bestaan van een zelfstandige IT’er kleven is de onafhankelijkheid een aantrekkelijk streven, menen beide sprekers. "Zelfstandigen verkeren binnen een organisatie in een andere positie dan de vaste werknemers. Deze laatste groep kan bij wijze van spreken de opdracht krijgen om het toilet schoon te maken. Als ze het niet doen, is dit werkweigering. De opdrachten van de zelfstandige liggen altijd binnen het terrein van de automatiseringswerkzaamheden. Zo ontstaan er meer mogelijkheden", zegt Jannesen. "Het is leuker om van project naar project te ‘hoppen’", aldus Gillet. "Maar een automatiseerder kan niet elk half jaar wisselen van een vast dienstverband naar zelfstandigheid en weer terug, afhankelijk van de mogelijkheden. Dan ontstaan er problemen, want een onafhankelijke krijgt alleen erkenning als er sprake is van duurzaamheid", vult Jannesen aan. Gillet: "Een zelfstandige heeft ook tijd nodig om te sparen voor minder goede tijden en contacten te leggen. Dat kan niet als hij tevens bepaalde perioden in vast dienstverband werkt." Hij noemt de zelfstandigen "eigenheimers, die het meestal beter denken te weten dan de baas". Jannesen: "Het is vaak de beste groep, maar meestal ook de meest onderschatte."